DLF Kruidenrijk

  • Voldoet aan eisen Planet Proof en Royal A-ware
  • Combineer met een grasmengsel voor een goede en stabiele opbrengst van hoge kwaliteit
  • Verhoogde boven- en ondergrondse biodiversiteit
  • Droogtetolerant
  • Mineraalrijk ruwvoer
  • Antibiotische werking
  • Betere smakelijkheid (en opname)

Samenstelling van DLF Kruidenrijk:

  • Rolklaver
  • Smalle weegbree
  • Duizendblad
  • Cichorei
  • Esparcette
  • Wilde peen
  • Rode klaver
  • Witte klaver
  • Karwij
Bekijk alle Biodiversiteit producten

DLF Kruidenrijk

Kruidenrijk grasland heeft een hogere biodiversiteit doordat het verschillende grassen, vlinderbloemigen en kruiden bevat. De samenstelling van dit mengsel zorgt voor samenwerking tussen de verschillende planten, wat zowel boven als onder de grond de biodiversiteit verhoogt. Daarnaast zorgen vlinderbloemigen en kruiden ook voor een betere smakelijkheid. 

Het kruidenmengsel is gemakkelijk te mengen met een weidemengsel, om zo tot een juiste verdeling tussen grassen en kruiden te komen. Het resultaat is een gezond kruidenrijk grasland. Dit mengsel gebruik je voor de percelen die aangelegd worden met als doel de biodiversiteit te verhogen.

Wil je meer weten over kruidenrijk grasland? Kijk dan op deze pagina. Hier vind je alles wat je moet weten over kruidenrijk grasland, zoals de voordelen van kruidenrijk graslandinzaaien en beheer van kruidenrijk grasland en de keuze voor het juiste mengsel.

 

Beheer DLF Kruidenrijk:


Zaaiadvies:

  • Extensief grasland (bijvoorbeeld akkerranden): 30 kg/ha graszaad + 15 kg/ha DLF Kruidenrijk;
  • Productief grasland: 30 kg/ha graszaad + 5 kg/ha DLF Kruidenrijk.
  • Combineer kruiden met een productief graszaadmengsel zoals MelkMax Timo of TetraMax Timo voor een sterke voorjaarsopbrengst wanneer de kruiden zich nog moeten ontwikkelen.

Bemestingadvies:

  • Vlinderbloemigen zijn verantwoordelijk voor de stikstoflevering in het kruidenrijk grasland. Het aandeel vlinderbloemigen moet stabiel blijven (20-30%). Regelmatig beweiden stimuleert en behoudt klaver in het grasland.
  • Een lage stikstofgift in het voorjaar kan wel nuttig zijn om het gras en de kruiden te voeden voordat de vlinderbloemigen beginnen met hun stikstofvastlegging in de zomer.
  • Bemest in dat geval met maximaal 60% van de normale stikstofgift voor de 1e en 2e snede. 
  • Een andere mogelijkheid is om vroeg in het voorjaar drijfmest toe te passen: 25 m³ per hectare in het voorjaar en 15 m³ na de tweede
    snede. Daarna geen stikstofbemesting meer.
  • Bemest met kali en fosfaat afhankelijk van de beschikbaarheid in de bodem.

Maaiadvies:

  • De eerste snede vanaf half juni, nadat de kruiden en grassen tot bloei zijn gekomen;
  • De tweede snede tijdens de zomer (augustus);
  • De laatste snede vlak voor het einde van de grasgroei (eind september);
  • Extensief maaibeheer (maximaal 3x per jaar) om de biodiversiteit zoveel mogelijk te stimuleren;
  • Maaihoogte eerste jaar 5 - 6 cm, daarna 6 - 8 cm.

Onkruid:

  • Onkruid pleksgewijs bestrijden, volvelds is niet mogelijk.

Technische specificaties

  • Voor meer biodiversiteit

Beheer DLF Kruidenrijk:


Zaaiadvies:

  • Extensief grasland (bijvoorbeeld akkerranden): 30 kg/ha graszaad + 15 kg/ha DLF Kruidenrijk;
  • Productief grasland: 30 kg/ha graszaad + 5 kg/ha DLF Kruidenrijk.
  • Combineer kruiden met een productief graszaadmengsel zoals MelkMax Timo of TetraMax Timo voor een sterke voorjaarsopbrengst wanneer de kruiden zich nog moeten ontwikkelen.

Bemestingadvies:

  • De vlinderbloemigen in het mengsel zijn verantwoordelijk voor de stikstoflevering aan het kruidenrijk grasland. Hiervoor is het belangrijk dat het aandeel vlinderbloemigen (20-30%) in het grasland stabiel blijft. Regelmatig beweiden stimuleert en behoudt klaver in het grasland.
  • Een lage stikstofgift in het voorjaar kan nuttig zijn om het gras en de kruiden te voeden voordat de vlinderbloemigen beginnen met
    hun stikstofvastlegging in de zomer.
  • Pas in dit geval een stikstofgift van maximaal 60% van de normale gift toe voor de 1e en 2e snede.
  • Een andere mogelijkheid is om vroeg in het voorjaar drijfmest toe te passen: 25 m³ per ha in het voorjaar en 15 m³ na de tweede
    snede. Daarna geen stikstofbemesting meer.
  • Bemest met kali en fosfaat afhankelijk van de beschikbaarheid in de bodem.

Maaiadvies:

  • De eerste snede vanaf half juni, nadat de kruiden en grassen tot bloei zijn gekomen;
  • De tweede snede tijdens de zomer (augustus);
  • De laatste snede vlak voor het einde van de grasgroei (eind september);
  • Extensief maaibeheer (maximaal 3x per jaar) om de biodiversiteit zoveel mogelijk te stimuleren;
  • Maaihoogte eerste jaar 5 - 6 cm, daarna 6 - 8 cm.

Onkruid:

  • Onkruid pleksgewijs bestrijden, volvelds is niet mogelijk.

Productinformatie

Beoordelingen

Schaal 1-9, waarbij 9 het beste of meest uitgesproken is.

Vind en vergelijk mengsels

Weet je niet welk mengsel je moet kiezen? Vergelijk de mengsels uit ons productoverzicht en vind het perfecte mengsel voor jou!

Neem contact op met het verkoopteam

Heb je een vraag? Neem dan contact met ons op, we helpen je graag!